Overslaan en naar de inhoud gaan

Laatst bijgewerkt: Juni 2025

➜ BIOLOGIE

  • FAMILIE: Scrombidae

  • KENMERKEN: Spoelvormig en robuust lichaam, blauwzwarte rug, witzilveren zijkanten, korte borstvinnen in vergelijking met andere tonijnsoorten.

  • HABITAT: Pelagische soort die kan leven in water tussen 3 en 30°C en tot meer dan 1.000 m diep.

  • VOEDSEL: Voornamelijk vis, maar zeer opportunistisch (krabben, inktvis, kwallen…).

  • GESLACHTSRIJP: Bestand oost: 115 cm (VL) d.w.z. 30 kg (4 jaar).
    Bestand west*: 190 cm (VL) of 150 kg (9 jaar).

  • PAAITIJD: Bestand oost: van half mei tot begin juli (in de Middellandse Zee).
    Bestand west: van half april tot juni (Golf van Mexico).

  • LEEFTIJD: 30-40 jaar.

De blauwvintonijn migreert over grote afstanden, maar lijkt ook een "homing" gedrag te hebben (terugkeer naar de geboorteplaats) en ze zijn trouw aan vaste paaigebieden. Tijdens de paaiperiode verzamelen ze zich in scholen, maar worden zo, jammer genoeg, erg kwetsbaar voor visserijactiviteiten.

➜ VANGST

Twee bestanden van Thunnus thynnus komen vaak voor in de Noord-Atlantische Oceaan: één in het westen (westelijke bestand langs de Amerikaanse kusten) en de andere ten oosten van de 45° westerlengte (oostelijk bestand in de oostelijke Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee). Tussen deze twee bestanden zijn er voortdurend migraties. De oude beschavingen uit het Middellandse Zee visten reeds op de blauwvintonijn en ze maakten reeds gebruik van de migratie van deze vis, om ze met een lijn of strandzegen te vangen. Vanaf de 16e eeuw werden deze technieken geleidelijk vervangen door korven (geplaatst langs de kust), vervolgens door de ringzegen en beuglijnen vanaf midden 20e eeuw. De ontwikkeling van de hoogwaardige sushimarkt in Japan in de jaren ‘80 leidde tot intensivering van de blauwvintonijn-visserij, wat resulteerde in vangsten die ver boven het reproductiepotentieel van de populatie lagen. De meeste vangsten van het oostelijke bestand komen uit de Middellandse Zee. De ringzegen en de beuglijn zijn hier de dominante visserijtechnieken, met respectievelijk 89% en 6,5% van de vangsten in 2021. Blauwvintonijn uit het westelijke bestand wordt voornamelijk door de Verenigde Staten bevist. De totale vangsten piekten hier in 1964 (18.608 ton) en daalden geleidelijk tot 2.303 ton in 2021.

 

➜ AQUACULTUUR


De blauwvintonijn die in de Middellandse Zee gevangen wordt met ringzegens, wordt via transportkooien naar viskwekerijen in Spanje, Italië, Malta, Kroatië, Turkije en Tunesië overgebracht. De blauwvintonijn wordt vervolgens vetgemest om een vleeskwaliteit te bereiken die voldoet aan de marktcriteria. Nadien wordt ze ingevroren om voornamelijk naar Japan te worden geëxporteerd. De vissen worden gevoerd met kleine pelagische vissen (tussen 2 en 5 kg wilde vis per kg geproduceerde blauwvintonijn).

➜ TOESTAND VAN DE BESTANDEN

 

  • Traditionele visserij genaamd "almadraba" in Spanje en "mattanza" in Italië bestaat nog steeds.

  • Beugvisserij leidt tot bijvangst (zelfs van zeevogels, schildpadden, haaien, enz.).

➜ BEHEER VAN DE BESTANDEN

De hoge marktwaarde van deze vis, heeft in het verleden geleid tot veel illegale vangsten. Daarenboven was er gebrek aan handhaving van de beheersregels, wat vanaf de jaren ‘90 geleid heeft tot ernstige overbevissing van het oostelijke bestand. De toestand werd als kritiek beschouwd. Om deze situatie het hoofd te bieden, heeft ICCAT (in 2007) een 15-jarig herstelplan opgestart dat heeft bijgedragen aan het verbeteren van de toestand van de hulpbron. Dit plan omvatte: een minimumvangst, een vermindering van de vangstcapaciteit, periodes van sluiting, verscherpte controles, en een plan ter bestrijding van IOO-visserij. In 2008 werd eveneens een herstelplan (over meer dan 20 jaar) opgesteld voor het westelijke bestand, wat eveneens door overbevissing bedreigd werd. In 2022 heeft de ICCAT voor het eerst een nieuwe beheerprocedure goedgekeurd voor de twee blauwvintonijnbestanden (Oost en West), met als doel de duurzaamheid van deze visserij op lange termijn te kunnen waarborgen en een steviger beheerkader te bieden (met TAC's vastgesteld over een periode van drie jaar).
 

TUSSEN 2023 EN 2025
TAC voor het oostelijk bestand: 40 570 ton
TAC voor het westelijk bestand: 2 726 ton
 

Minimale grootte:
❚❙ De Oostelijke zone 30 kg of 115 cm (totale lengte). Vangsten tussen 8 en 30 kg (75-115 cm) zijn toegestaan binnen de maximale limiet van 5% van de totale hoeveelheid blauwvintonijn aan boord, voor vaartuigen die actief op blauwvintonijn vissen.
Afwijking ambachtelijke visserij:

  • Oost-Atlantische Oceaan (sleeplijnen): 8 kg (75 cm TL). Voor boten kleiner dan 17 m kunnen vangstrechten worden verleend voor blauwvintonijn met een gewicht van ten minste 6,4 kg (70 cm TL).

  • Middellandse Zee (sleeplijnen, beug- en lijnvisserij): 8 kg (75 cm TL) binnen een limiet van 23% voor Frankrijk in 2021.

❚❙ De Westelijke zone
30 kg of 115 cm (TL) - 10% tolerantiemarge.

  • Blauwvintonijn uit de Middellandse Zee wordt met ringzegens gevangen om vervolgens vetgemest te worden in aquacultuur voordat hij geëxporteerd wordt, veelal naar Japan.

  • Exemplaren gevangen met de haak worden verkocht op de versmarkt.

  • Recreatievissers vissen graag op blauwvintonijn. In Frankrijk is het toegestaan om op blauwvintonijn te vissen zonder ze te doden (“catch and release”) of, gedurende bepaalde perioden van het jaar, ze te behouden voor consumptie mits inachtneming van een jaarlijks vastgesteld quotum en op voorwaarde dat ze in het bezit zijn van een geldige visvergunning.

 

CONSUMPTIE 

Blauwvintonijn wordt voornamelijk vers in schijfjes op de markt gebracht. Ook bevroren en gedroogd wordt het verhandeld voor de Spaanse "mojama" en Italiaanse "mosciame" markt. Frankrijk en België importeren voornamelijk verse blauwvintonijn uit Spanje. België importeerde 45 ton blauwvintonijn in 2021. In totaal werd er door de Belgen 210 ton tonijn geconsumeerd (alle soorten samen).

ECOLABELS

  • MSC • twee visserijen zijn gecertificeerd (een Japanse en een Spaanse in de noordoostelijke Atlantische Oceaan en een Franse
    in de Middellandse Zee - de Sathoan-producentenorganisatie).
  • DUURZAME VISSERIJ • 2 Franse visserijen zijn gecertificeerd (producentenorganisatie Sathoan en Vendée).

TE ONTHOUDEN

➜ Het oostelijke blauwvintonijn-bestand (Oost-Atlantische Oceaan en Middellandse Zee) heeft vanaf het begin van de jaren ‘90 meer dan 15 jaar lang te maken gehad met zware overbevissing (en illegale visserij).
➜ Dankzij beheersmaatregelen die vanaf 2007 werden ingevoerd, is de situatie van het oostelijke bestand sinds 2010 verbeterd. Het bestand wordt momenteel als ‘niet overbevist’ beschouwd.
➜ Het westelijke blauwvintonijnbestand (westelijke Atlantische Oceaan) wordt niet overbevist, maar heeft een lage, sterk aangetaste biomassa.
➜ Vanaf eind 2022 heeft de ICCAT een nieuwe beheerprocedure voor beide bestanden aangenomen, met als doel een duurzame visserij op lange termijn te waarborgen.

AANBEVELINGEN VOOR AANKOOP

  • Met mate: Blauwvintonijn (Thunnus thynnus) uit de oostelijke Atlantische Oceaan en Middellandse Zee.

  • Bij voorkeur: exemplaren met een gewicht > 30 kg (of een lengte > 115 cm), of volwassen exemplaren die tijd hebben gehad om zich voort te planten.

  • Controleer voor elke aankoop de Latijnse naam (onder de naam blauwvintonijn worden andere soorten tonijn illegaal verkocht).

  • Te vermijden: West-Atlantische blauwvintonijn (Thunnus thynnus) en alle bestanden van Thunnus orientalis en Thunnus maccoyii

  • Weiger tonijn te kopen die wordt aangeboden door niet-professionele vissers (vissen moeten ook worden geringd en hun staart moet worden gecoupeerd).

  • Je kan een kopie van het vislogboek opvragen om na te gaan of de tonijn door een professionele visser is gevangen.

  • Alle vis die op de markt wordt gebracht, moet worden geringd.